‘Ze maken ons het leven hier totaal onmogelijk’

Foto’s Daniel Rosenthal

 

RIO DE JANEIRO Een rat schiet weg vanonder het slooppuin, zwermen muggen hangen boven modderige afvalbergen. Hier in Manguinhos, een van de honderden sloppenwijken van Rio de Janeiro, wonen mensen tussen de resten van tientallen gesloopte krotten. ‘De gemeente heeft de elektriciteit afgesloten’, zegt Marli dos Reyes (51), bewoonster van een van de huizen die nog overeind staan. ‘Ze maken ons het leven hier totaal onmogelijk, in de hoop dat we uit onszelf weggaan.’
De gemeente van Rio de Janeiro gaat alle huizen in dit deel van Manguinhos slopen, als onderdeel van een uitgebreid stadsvernieuwingsproject. ‘De levensomstandigheden zijn er té precair’, zegt wethouder van Huisvesting Pierre Batista. ‘Bovendien komt precies op die plek een viaduct die twee belangrijke wegen met elkaar gaat verbinden.’ Bewoners die hun huis kwijt raken krijgen een schadevergoeding of een sociale woning aangeboden.

Maar bewoners als Dos Reyes dreigen buiten de boot te vallen. ‘Ik woon hier al twintig jaar, maar sta niet geregistreerd’, zegt ze, bloed ophoestend terwijl ze praat. ‘Ik heb nergens recht op.’ De graatmagere vrouw verdient rond de vijf euro per dag met het inzamelen van oud blik en vreest de dag dat de gemeente ook haar huis met de grond gelijk maakt. ‘Ik kom op straat te staan, ik ben doodsbang.’

De situatie van Dos Reyes is geen uitzondering, zegt Fernando Soares, coördinator van Mensenrechten Laboratorium Manguinhos. ‘De medewerkers van de gemeente die moeten bepalen van wie de woningen zijn, laten zich omkopen’, zegt hij. ‘Of ze zetten het huis op naam van een niet bestaand iemand, en steken het geld in eigen zak. Bewoners hebben geen poot om op te staan.’

De sloop van de krotten gebeurt in het kader van Morar Carioca. Dit programma heeft als doel alle inwoners van Rio fatsoenlijke huisvesting en toegang tot gezondheidszorg en andere publieke faciliteiten te geven. In de favela’s is de regering van oudsher afwezig, er gelden eigen wetten en de bewoners hebben in de loop van de jaren creatieve maar vaak illegale oplossingen bedacht voor dagelijkse problemen. Daar moet een einde aan komen, vindt de regering. ‘Drugs, wapens en chaos moeten plaats maken voor orde en sociale ontwikkeling’, aldus wethouder Batista.

Eerst bezet een speciale politiemacht de wijken, om de weg vrij te maken voor urbanisatie. De gemeente legt brede wegen aan zodat vuilniswagens en ambulances erdoorheen kunnen, zorgt voor riolering en stromend water en bouwt gezondheidscentra, bibliotheken en sportfaciliteiten. Elektriciteit kan niet langer illegaal worden afgetapt, bewoners mogen niet meer zonder toestemming nieuwe verdiepingen op hun huizen bouwen en kabeltelevisie moet voortaan aan het kabelbedrijf worden betaald, in plaats van aan de drugsbendes.

‘Als de orde eenmaal is gevestigd, begint het proces van legaliseren en registreren van de woningen van bewoners’, aldus Batista. ‘Voor degenen die hun huis verliezen, worden elders in de stad speciale nieuwbouwwijken gebouwd.’ In 2020 moeten alle sloppenwijken zijn aangepakt. De favela’s in de zuidzone aan het strand, en de wijken rondom de locaties van het WK voetbal (2014) en de Olympische Spelen (2016), zijn het eerst aan de beurt.

Mensenrechtenactivist Soares twijfelt sterk aan de intenties van de gemeente. ‘Het doel is niet om de situatie voor de allerarmsten te verbeteren, maar om ze uit het zicht van toeristen te halen en de veiligheid rondom de sportevenementen te garanderen.’ Een van de problemen is volgens Soares dat het leven in de aangepakte wijken snel duurder wordt. Vooral sloppenwijken op de heuvels aan zee zijn steeds populairder onder buitenlanders, waardoor de huizenprijzen omhoog schieten. ‘Veel oorspronkelijke bewoners zien zich genoodzaakt naar de favela’s aan de rafelranden van de stad te trekken, waar de gemeente nog niet heeft ingegrepen.’

‘De wijken worden inderdaad een stuk aantrekkelijker door de investeringen van de gemeente’, erkent ingenieur Mauricio Tostes, verantwoordelijk voor de urbanisatie van de sloppenwijken in het centrum en de zuidzone van de stad. ‘En natuurlijk wordt de grond dan meer waard’, zegt hij. ‘Dat is nu eenmaal de macht van de markt.’

‘Mijn vader heeft dit huis gebouwd’, vertelt Gilson Adilson (55), inwoner van Manguinhos. ‘Deze verdieping heb ik er zelf opgebouwd, er zit een kapitaal in.’ Adilsons huis moet plaats maken voor het viaduct en de regering heeft zijn de waarde van zijn woning op 3200 euro geschat. ‘Wat koop ik van dat geld? Helemaal niets, de prijzen zijn enorm gestegen de laatste jaren’, zegt hij kwaad. Ook de optie een sociale woning te betrekken vindt hij weinig aanlokkelijk: ‘Ik ga toch niet in een appartement van veertig meter zitten als ik nu een huis van drie verdiepingen heb?’ Adilson weigert daarom te vertrekken: ‘Dit huis is de erfenis voor mijn zoon.’

Wethouder Batista vindt de kritiek onterecht. ‘Ze kunnen kiezen voor een appartement dat 32 duizend euro waard is, en meteen op hun naam staat. Dat lijkt me in alle opzichten een verbetering.’ Het onderzoek naar de eigenaar en waarde van de huizen is volgens Batista een secuur proces dat door professionals wordt uitgevoerd. ‘De meeste favela bewoners zijn blij met de stadsvernieuwing’, verzekert de wethouder. ‘Als gemeente willen we simpelweg de levensomstandigheden van alle inwoners verbeteren. Jammer genoeg zijn er altijd mensen die dwars liggen en het voor de rest verpesten.’